1971
1973
1974
1977
1978
1979
1993
1998
2000
2002
2007
Maandblad "MOTOCROSS", 6e jaargang nummer 6, juni 1971.
De Finse topvedette, Heikki Mikkola, mag zich sinds zijn drie Grand Prix overwinningen in het naseizoen van '70 rekenen tot het kleine legertje eliterijders dat het motocrosswereldje kent. Voor die tijd had zijn naam wel enige bekendheid, maar behoorde hij eerder tot de grote groep motocrossrijders, die behalve een enkele uitschieter tot de middenmoot behoren.
Zijn formidabele eindrush in de strijd voor de wereldtitel 1970 heeft hem plotseling op de hoogste treden van de motocrossladder gebracht en sinds dit voorjaar is hij een der meest gevraagde en best betaalde rijders van de wereld. Zijn populariteit heeft hij vooral te danken aan de onverschrokkenheid en durf, welke hij op de circuits ten toon spreidt. Zijn eerste wedstrijd van dit seizoen te Lummen was daar een sprekend voorbeeld van. De doodsverachting welke hij op dit gevaarlijke parcours aan de dag legde, grensde aan het ongelooflijke en iedereen was het er over eens, dat als de Fin zo door zou gaan hij het seizoeneinde niet zou halen. Op dit moment staat hij na vier Grand Prix aan de leiding voor het wereldkampioenschap. In het West-Duitse Beuern won hij zijn eerste Grand Prix van dit seizoen.
Zijn formidabele eindrush in de strijd voor de wereldtitel 1970 heeft hem plotseling op de hoogste treden van de motocrossladder gebracht en sinds dit voorjaar is hij een der meest gevraagde en best betaalde rijders van de wereld. Zijn populariteit heeft hij vooral te danken aan de onverschrokkenheid en durf, welke hij op de circuits ten toon spreidt. Zijn eerste wedstrijd van dit seizoen te Lummen was daar een sprekend voorbeeld van. De doodsverachting welke hij op dit gevaarlijke parcours aan de dag legde, grensde aan het ongelooflijke en iedereen was het er over eens, dat als de Fin zo door zou gaan hij het seizoeneinde niet zou halen. Op dit moment staat hij na vier Grand Prix aan de leiding voor het wereldkampioenschap. In het West-Duitse Beuern won hij zijn eerste Grand Prix van dit seizoen.
Heikki Mikkola, geknuffeld door enkele Spaanse schonen, na de G.P. van Spanje.
HEIKKI
MIKKOLA
FINSE
BOEMAN
MIKKOLA
FINSE
BOEMAN
De 25-jarige Mikkola maakte in 1964 zijn debuut als crosser. In 1967 reed hij zijn eerste Grand Prix in eigen land, waar hij meteen beslag legde op de zesde plaats. De volgende twee jaren verbleef hij hoofdzakelijk in eigen land, Zweden en Noorwegen. 1968 werd het begin van de doorbraak met een tweede plaats achter Hallman in de Grote Prijs van Zweden. Zijn grootste rivaal in eigen land is zijn vriend en stalgenoot Vehkonen, die dit jaar onverwacht de Grand Prix van Polen won.
Mikkola spreekt geen woord Engels, Frans of Duits, wat misschien wel de reden is dat hij zo laat op het internationale toneel verscheen. In de wintermaanden houdt hij zijn conditie op peil met skiën in de omgeving van zijn ouderlijk huis nabij de plaats Hyvinkää, waar op 8 augustus de Grand Prix van Finland wordt verreden. Zijn vader werkt daar als houtvester, een veel voorkomend beroep in dit land dat voor bijna 80 % uit bossen bestaat. Gedurende het seizoen bestaat zijn training uit enkele malen per week een uurtje hardlopen en veel slapen. Men zou dus van een soort zomerslaap kunnen spreken, ofschoon hij op zijn Huskie steeds goed wakker is. Deze eigenschap, we bedoelen veel slapen, schijnt een bezigheid te zijn waar meer Scandinaviërs behoefte aan hebben. We hebben van Albert Van Velthoven uit Lommel eens gehoord dat Aberg tussen de Grand Prix door niets anders doet dan eten en slapen.
Geen wonder dat ze tijdens de wedstrijden meestal goed uitgeslapen zijn.
Sinds april verblijft Heikki met vrouw en 2-jarige dochter in België, van waaruit hij gemakkelijker geheel West- Europa kan bestrijken. Na de Grand Prix van Duitsland staat hij met 39 punten aan de leiding voor het wereldkampioenschap in de 250 cc voor Hakan Andersson en Robert. Voor Joël Robert wordt hij dit jaar zeker de lastigste klant, aannemende dat hij zich niet verslaapt zoals Aberg dit op het moment doet en niet het slachtoffer wordt van zijn met doodsverachting nemende risico tijdens de wedstrijden.
Sinds april verblijft Heikki met vrouw en 2-jarige dochter in België, van waaruit hij gemakkelijker geheel West- Europa kan bestrijken. Na de Grand Prix van Duitsland staat hij met 39 punten aan de leiding voor het wereldkampioenschap in de 250 cc voor Hakan Andersson en Robert. Voor Joël Robert wordt hij dit jaar zeker de lastigste klant, aannemende dat hij zich niet verslaapt zoals Aberg dit op het moment doet en niet het slachtoffer wordt van zijn met doodsverachting nemende risico tijdens de wedstrijden.
Door: Harry Goossens